Onderzoeksprojecten

Restrictieve cardiomyopathie

Onderzoek naar oorzaken en behandelingen voor ‘restrictieve cardiomyopathie’ bij kinderen

Prof. dr P.A.F.M. Doevendans & Prof. dr J.W. Jukema, Cardiologen / Mr. E. Soeteman, Directeur/ Dr. F. Stillitano, Biomedical scientist / Dr. M. Buono, Computational and experimental scientist –  Netherlands Heart Institute
Fam. Scholte, Stichting Tikkertje (patiënten stichting)

In Nederland lijden ongeveer 40.000 mensen, waaronder 1.000 kinderen, aan hartspierziekten ofwel cardiomyopathieën. De zeldzaamste vorm van zulke cardiomyopathieën is restrictieve cardiomyopathie (verstijving van de hartspier). Dit is een ernstige hartspierziekte die vooral bij kinderen voorkomt. Bij deze hartspierziekte kan de hartspier niet goed ontspannen en hierdoor kan het hart zich niet goed met bloed vullen.

De vooruitzichten voor kinderen met restrictieve cardiomyopathie zijn momenteel slecht, met een overlevingspercentage van 50% binnen de eerste twee jaar na diagnose. Er is dringend behoefte aan nieuwe behandelingen, omdat de enige “oplossing” nu harttransplantatie is, die niet altijd haalbaar is en beperkingen kent. De levensverwachting na een harttransplantatie is momenteel 10-20 jaar, wat voor kinderen natuurlijk veel te kort is.

Restrictieve cardiomyopathie kan veroorzaakt worden door een fout in een bepaald stukje van het menselijk DNA. Dit noemen we een mutatie. Er is door onderzoekers ontdekt dat zo’n mutatie in één bepaald stukje van het DNA vaak de oorzaak is voor deze hartspierziekte bij kinderen. Dit stukje DNA noemen we het TNNI3-gen. Door deze mutatie werkt een eiwit, genaamd Troponine, niet goed. En dat terwijl juist dit eiwit onmisbaar is voor een goede werking van het hart.

Het doel van het project is om de Troponine mutaties in kinderen met restrictieve cardiomyopathie beter te begrijpen door gebruik te maken van weefsels en cellen van patiëntjes zelf. Zo denken we de resultaten sneller te kunnen vertalen naar behandelingen. Het project richt zich dan ook niet alleen op het verklaren van de ziekte, maar ook op het ontwikkelen van behandelingen, waaronder gentherapie, om de hartfunctie te verbeteren en hopelijk deze hartspierziekte bij kinderen te kunnen genezen.

Het project heeft een looptijd van 4 jaar waarin gestart zal worden met het maken van stamcellen van patienten met restrictieve cardiomyopathie, gevolgd door ontwikkeling van hartspiercellen en weefsels uit deze stamcellen. Vanaf het 2e jaar van het project zullen deze cellen en weefsels gebruikt worden om de precieze effecten van de mutatie in het TNNI3-gen te onderzoeken en mogelijke behandelingen te testen.

Het project is onderdeel van een breder onderzoeksprogramma onder de koepel van het Netherlands Heart Institute. Onderzoeksactiviteiten worden primair uitgevoerd in het UMC Utrecht. Het project wordt uitgevoerd in nauwe samenwerking met Dr. B. Bartelds en Dr. H.S. Schipper, Kindercardiologen in het ErasmusMC.